Van oost naar zuid

Tijdens onze vakantie hebben we een grote verplaatsing van het oosten van Zuid Afrika (St. Lucia) naar het zuiden van Zuid Afrika (Port Ellisabeth - Addo). We doen eerst een stuk met de auto, naar Salt Rock, vlak bij Ballito en dat is ongeveer 200 km rijden. Helaas is het gaan regenen, maar dat het even wat minder warm is is om te rijden niet zo erg. Onderweg maken we een kleine omweg via Richard’s Bay, de eerste echte stad aan het water die we tot dusver tegen zijn gekomen. Vooraf heb ik ook weer wat coördinaten opgezocht van wat (geo)caches en zo komen we op een soort landtong uit van Naval Island. Er staat slechts 1 auto en laten dat nou net mensen zijn die gisteren naast ons op het terras zaten. Wel heel toevallig zoveel kilometers verder. Zij gaan hier op haaien vissen. Wij zoeken naar een cache maar daarvoor moeten we over een lange pier naar een vuurtoren. Dat blijkt een hele beproeving als de hoge golven hard op de pier beuken en voor enorme sprayen zorgen. Half doorweekt komen we weer bij de auto en rijden verder westwaarts. Het gebied waarin we rijden is nog steeds Kwazoeloe Natal, het gebied van de oorspronkelijke Zoeloes. En dat men in dit gebied Koning Shaka nog steeds vereren, hoewel hij al in september 1828 is oveleden na te zijn vermoord door zijn halfbroer, zien we terug aan de vele namen van bedrijven of locaties waar ze Shaka in verwerken. Zo komen we door het dorpje Shakakraal, rijden we langs Shaha’s Rock en later vliegen we via het vliegveld King Shaka International airport. King Shaka staat voor velen nog steeds voor de onbetwiste leider die van diverse Zoeloestammen één krachtig leger heeft gemaakt en het staat ook voor onverzettelijkheid (tegen de blanken).

In Salt Rock aangekomen, checken we in bij onze volgende B&B, genaamd Villa Roc. De eigenaresse Heidi ontvangt ons met een hartelijk enthousiasme. We krijgen een mooie kamer op de 1e verdieping met dakterras en zicht op zee. Ook nu weer hebben we een mooie plek om te overnachten. Het weer is wat dreigend, maar goed voor een stevige wandeling over het strand en langs de vele villa’s die Salt Roc rijk zijn. Dit is toch wel een ander beeld dan de armzalige hutten/huisjes/krotten van de oorspronkelijke bevolking in de townships. 

In de avond eten we in Ballito in restaurant Mo-zam-bik, waarover we veel,goede recensies gelezen hadden en deze bleken juist te zijn. De volgende dag is het tijd om onze grijs, rode, van binnen en van buiten stoffige auto schoon te maken. De regen helpt ons een handje en spoelt het meeste stof eraf en ik besluit om de auto niet van buiten te wassen. Bij een carwash laat ik de auto van binnen schoonmaken en 2 fanatieke dames gaan al soppend, boenend en met een kwastje de roostertjes schoonmakend aan de slag. 20 minuten verder en slechts 3 euro armer is de auto gereed om straks op het vliegveld ingeleverd te worden. De rit van Salt Rock naar het vliegveld in Durban is er één van slechts 15 minuten. Bij het autoverhuurbedrijf zetten we de auto neer. Deze wordt nog even nagekenen en dan kunnen we verder. Ze hebben de auto geaccepteerd zonder verdere opmerkingen. Op het vliegveld gaat alles lekker vlot. Dit komt omdat we een domestic flight hebben, (binnenlandse vlucht) en dan zijn er geen douaneverplichtingen. We hebben ruim tijd om mensen te kijken vanaf een bankje bij een coffeecorner. En omdat het een internationaal vliegveld is, zien we ook vele nationaliteiten en rariteiten. De vlucht naar Port Elisabeth duurt maar een uur en 20 minuten. De tassen rollen snel van de band af en alles gaat ook hier lekker vlotjes. Bij de autoverhuur hier halen we onze 2e auto op, dit keer een Nissan Almera die wat groter en ook iets luxer is. Tegen 16.45 uur rijden we vervolgens de weg op. We gaan naar Addo Wildlife, op,zo’n 70 km ten noorden van het vliegveld van P. E. zoals ze hier Porte Elisabeth noemen. We willen vóór het donker wordt aankomen. En dat lukt ook. Addo Wildlife is een boerderij met Farmstall en deze ziet er uit als om door een ringetje te halen. Een perfect verzorgd en ook smaakvol complex met hele nette voorzieningen, een terrein met vele dierenverblijven en een grote tuin met grote grasweiden waar naast de bungalows voor de gasten ook springbokken, blesbokken en andere kleine antilope-achtigen. Ze lopen tot bijna bij je terrasje voor de bungalow. Een leuk gezicht om de eigenwijze dieren te zien scharrelen en te rennen over de grasweiden. We eten in het restaurante Tangelo wat bij dit complex hoort en de kwaliteit van het eten past goed bij de haast perfecte entourage van dit complex. Morgen daan we naar het Addo Elephant Parc, op zoek naar nog meer dieren in het wild